Psalm 106c vers 20-38a
Blad: 121v
Bid: Vers 20-31
Kijk:
Een man met een aureool om het hoofd wendt zich biddend tot God; hij heeft zijn ogen en handen opgeheven naar de hemel. Uit de hemel komt de hand van God die zijn hoofd zegenend aanraakt. Wie is deze man? Is het Mozes uit vers 23 die voor zijn volk opkomt en pleit? Is het Pinechas uit vers 30? Het gruwelijke verhaal over Pinechas is te lezen in Numeri 25. Achter zijn rug kronkelt een slang met een vrucht in de bek zich om een vijgenboom; ongetwijfeld een verwijzing naar de zondeval in Genesis 3. Wij kwamen deze slang eerder tegen bij psalm 23.
Bid: Vers 32-38a
Schrijf: